Een goed begin van uw vakantie

Kinderen veilig in de auto

6 juni 2011

juni 2011
De grote vakantie uittocht is al begonnen en vooral volgende maand wordt de meeste drukte verwacht. Dit jaar zijn er meer dan vier miljoen autovakanties geboekt. Lees hoe u uw koroost veilig meeneemt op reis.

Veilig met uw kind in de auto op zomervakantie
De auto is klaar voor de zomervakantie. Maar zitten de allerkleinsten ook veilig op de achterbank? We geven een aantal tips om ze goed in hun eigen stoel te vervoeren. Of misschien is het de hoogste tijd over te stappen op een autozitje dat je vastmaakt met Isofix, een bevestigingssysteem waarmee elk automerk vanaf 1 januari 2011 verplicht elke nieuwe auto moet uitrusten. Want in een Isofix autozitje gaan je kinderen gegarandeerd het allerveiligst op reis.

80% van alle mensen installeert kinderautostoeltjes verkeerd, bleek uit onderzoek in 2001. En dat percentage zal de laatste jaren niet veel zijn gedaald, vermoedt Don van Montfort, hoofd productontwikkeling kinderzitjes Europa bij Dorel, producent van onder meer Maxi-Cosi. Hij kent de meest voorkomende fouten: “Het stoeltje en kindje zitten vaak onvoldoende vast. Dat kun je voorkomen door het autozitje zo stevig mogelijk met de autogordel vast te zetten, zodanig dat je het autozitje niet meer kunt bewegen. Tussen de buik van het kindje en de gordel mogen maximaal twee vingers passen, dan pas zit je kind stevig. Ook zet je een babystoeltje tegen de rijrichting van de auto. Je kindje tot 1 jaar gaat dus eigenijk altijd achterstevoren op reis.” 

Isofix autozitjes het veiligst
Van Montfort beaamt: “Een kinderzitje met autogordels vastmaken is geen eenvoudige klus. Fouten zijn zo gemaakt, met alle mogelijke gevolgen van dien. De autogordel is vaak de grootste boosdoener. In elke auto zit een andere, en dat geeft verwarring.” Maxi-Cosi presenteerde daarom in 2005 als een van de eerste merken een kinderautozitje op basis van het Isofix-systeem. “Dat is een internationaal gestandaardiseerd systeem in auto’s voor de bevestiging van kinderzitjes”, vertelt Van Montfort. Het wordt wereldwijd gezien als de veiligste, eenvoudigste en snelste manier om kinderzitjes vast te maken. “Je maakt ermee een kinderstoeltje vast aan twee aan de autovloer bevestigde 'haakjes' die zich bevinden tussen de rugleuning en de zitting van de autostoel. Die twee bevestigingspunten zijn verbonden met de carrosserie van de auto. Autogordels heb je dus niet meer nodig, en dat voorkomt dat je de stoel misschien niet goed vastmaakt.”

Met autozitje 50% minder risico dodelijk letsel
Van Montfort leest voor: “Sinds de introductie van de autogordel zijn er in Nederland grofweg 9.000 doden bespaard door het dragen van de gordel.” Volgens een rapport van SWOV, het nationale wetenschappelijke instituut voor verkeerveiligheidsonderzoek, verminderen autogordels de kans op dodelijk letsel met 30 tot 40%, afhankelijk van de plaats in de personenauto. Het effect van kinderzitjes is met 50% nog iets hoger. “Het gebruik van autostoeltjes beperkt het aantal ernstige letsels in achterwaarts gerichte stoeltjes met ongeveer 90% ten opzichte van autogordels, en in voorwaarts geplaatste stoeltjes met ongeveer 60% ten opzichte van autogordels.”

Kinderen tot 12 jaar in autozitje
Veiligheid in auto’s begint bij volwassenen. In 1976 moesten die verplicht een veiligheidsgordel dragen. Later volgden airbags en kreukelzones. Pas sinds 1 maart 2006 moeten kinderen tot 12 jaar kleiner dan 1,35 meter zowel voorin als achterin de auto in een goedgekeurd kinderautozitje worden vervoerd. Dat kan een babyautostoeltje, kinderautostoeltje of zittingverhoger zijn. Kinderen groter dan 1,35 meter moeten voorin en achterin de auto de autogordel om en mogen als het nodig is een zittingverhoger gebruiken. Gek aan een kant, dat die maatregel pas vijf jaar geleden kwam, vindt Van Montfort. Want: “Kinderen zijn de zwakkere deelnemers aan het autoverkeer.”

 

 

Vorige pagina